Water, we kunnen niet zonder

18 augustus 2021

Maar er is toch water genoeg hoor ik u denken. En dat klopt natuurlijk, ongeveer 71% van het aardoppervlak is water (of ijs), daarnaast bevat ook de atmosfeer nog een grote hoeveelheid aan waterdamp.
Dus waar maken we ons zorgen om.

Maar niet al het water kunnen we zomaar gebruiken, een groot deel is zout en van het zoete water is een deel vervuild. Dus op het deel dat we wel gebruiken kunnen moeten we heel erg zuinig zijn.

Maar water is niet alleen nuttig, het kan ook een bedreiging zijn. Door klimaatverandering stijgt de zeespiegel en moeten wij ons zien dat wij ons land droog houden. Tegelijkertijd zorgt de klimaatverandering voor een veranderend weerbeeld waardoor lokaal veel wateroverlast kan ontstaan, verbetering van de waterafvoer moet hier een (deel van de oplossing) voor bieden. Ook zorgt de klimaatverandering voor verdroging van delen van het aardoppervlak (ook in Nederland), opslag van water kan hier aan de oplossing bijdragen.

Er is dus veel rondom water te regelen. Rijk, Provincies, Gemeenten en vooral de Waterschappen zijn hier bij betrokken.

In dit stuk beperken we ons tot de rol van de Provincie; gelet op de aankomende Gemeenteraadsverkiezingen geven we ook een aantal suggesties voor de verkiezingsprogramma’s mee.

Wat doet de provincie rondom water? 

De Provincie heeft een coördinerende rol en is deels ook verantwoordelijk voor de uitvoering. Daarvoor stelt de Staten een Ontwerp Waterprogramma vast waarna dit voor inspraak wordt vrijgegeven.
Op 31 maart 2021 is dit voor het laatst vastgesteld, wat de uitkomst van de inspraak is, is op het moment van schrijven nog niet bekend.

Het Ontwerp Waterprogramma.

Dit stuk bevat zowel de visie als de beleidsvoornemens van de Provincie voor het regionale watersysteem, Het beschrijft de uitdagingen die op ons afkomen en de richting voor de oplossingen. Het is (mede) gebaseerd op “De Kaderrichtlijn Water” wat onderdeel is van het Waterprogramma en de Europese richtlijn, welke als doel heeft de waterkwaliteit in heel Europa te verbeteren. In Flevoland is alles verbonden door “water”, in de natuur, in de stad en op het (agrarisch) land. Van de totale oppervlakte van Flevoland is ruim 41% water, hiervan is een groot deel buitendijks. De verantwoording van het buitendijkse deel valt onder het Rijk. Het programma gaat over oppervlaktewater, grondwater, ondergrondse drinkwaterbekkens (vooral in Zuidelijk Flevoland) en over waterveiligheid.

Drinkwater

Het drinkwater in Zuidelijk Flevoland wordt opgepompt uit diepe en goed beschermde bronnen en is van zichzelf al van zeer goede kwaliteit. Vitens (het drinkwaterbedrijf dat voor onder andere het drinkwater in Flevoland verantwoordelijk is) hoeft dit bronwater slechts beperkt te zuiveren. Maar ook deze bronnen staan onder druk, de hoeveelheid winbaar water is niet oneindig dus moeten we nadenken hoe we met de beschikbare hoeveelheid omgaan en welke alternatieven er op termijn zijn.
Noordelijk Flevoland beschikt niet over voldoende zoet grondwater en wordt sinds de aanleg van de polder van drinkwater (grondwater) voorzien vanuit Overijssel.

Grondwater

Het peil van het grondwater is vooral van belang voor de natuur en voor de agrariërs. Is het peil te hoog dan is het land te nat om te bewerken, is het peil te laag dan brengt dat schade aan de natuur aan. Het is dus zaak om een goede balans te vinden. Omdat verlaging van het grondwaterpeil voor inklinking van de grond zorgt (vooral bij veengrond maar ook bij klei) is in feite een voortdurende bemaling (met als gevolg verdere verlaging van het grondwaterpeil) noodzakelijk om de grond voor agrarische doeleinden (anders dan weidegrond) beschikbaar te houden. Dat is echter niet wenselijk mede omdat dit op den duur kan leiden tot zoute kwel en schadelijk is voor de natuur. Bij veengrond is een bijkomende probleem dat inklinking van de grond leidt tot oxidatie van het veen waardoor CO2[1] wordt afgegeven (en dus het milieu wordt belast). Het beleid van de Provincie dient er dan ook op gericht te zijn om een zo goed mogelijk evenwicht te realiseren.
Natuurlijk is ook de kwaliteit van het grondwater van groot belang, ook daar wordt in het Ontwerp Waterprogramma aandacht aan besteed.

Oppervlaktewater

Reizend door de polder zie je nagenoeg altijd wel water. Dit water wordt gebruikt voor transport, bewatering van landbouwgronden, recreatie, industriële koeling en (soms) voor drinkwater. Verontreiniging kan dus ernstige gevolgen hebben, ongewenste opwarming eveneens. Er moeten dus een goed stel aan regels zijn om hier paal en perk aan te stellen. Omdat het oppervlaktewater mede bepaalt hoe hoog het grondwaterpeil is moet ook aan de kwantiteit voldoende aandacht worden besteed. We kunnen het niveau van het oppervlaktewater dus niet onbeperkt laten stijgen maar evenmin te ver laten dalen. Door aanpassingen aan de oevers kan wel een bijdrage geleverd worden aan het verhogen van de capaciteit voor wateropvang, hiermee kan tevens voor meer natuurlijke oevers worden gezorgd (landschapsverbetering).

Waterveiligheid

De polder waarin wij wonen ligt ruim onder NAP, dus zonder dijken zouden Flevoland niet bestaan. Maar waterveiligheid is meer dan het onderhoud aan de dijken, ook het waterniveau (te hoog of te laag) kan problemen opleveren. Daarnaast is ook waterkwaliteit een aandachtspunt.  Samenwerking tussen alle betrokken partijen is hier van het grootste belang.

Conclusie

Water lijkt vanzelfsprekend  en door alle inspanningen die er rond het beheer worden gedaan is dat voor “ de burger” ook zo. Maar ook dit gaat niet vanzelf. Voor de PvdA is een goed en toekomstgericht waterbeheer een halszaak. Water is niet gratis en eigenlijk veel te goedkoop (waardoor er voor velen nauwelijks een rem zit op het gebruik), de PvdA is dan ook voorstander van een beprijzing waarbij alle partijen naar gebruik worden belast.

Welke aanbevelingen kunnen we aan de gemeenten meegeven?

Zo kort voor de gemeenteraadsverkiezingen kunnen wij het niet laten om een paar adviezen aan de verschillende partijen mee te geven.

  • Draag bij aan een betere kennis over water
  • Zorg voor voldoende wateropvang (aanleg waterpleinen en groene daken)
  • Schenk meer aandacht aan bestrijding van bodemdaling

Tot slot

Water, iedere druppel telt, wees er zuinig op!

Monique Dubois, Statenlid PvdA Flevoland

[1] Volgens de federatie Natuur en Milieu is de totale uitstoot aan broeikasgassen door veenoxidatie in Nederland 25% van de totale uitstoot aan broeikasgassen door auto’s op de Nederlandse wegen.