Door op 4 juli 2015

De eerste 100 dagen oppositie

De PvdA kreeg een enorme klap bij de verkiezingen. We zijn van 6 zetels naar uiteindelijk 3 zetels teruggevallen. Bij de definitieve uitslag bleek dat we een 4de zetel net zijn misgelopen. Deze ging naar de SP die daarmee op 5 zetels uitkwam. Met 3 zetels waren we geen aantrekkelijke partij in de coalitieonderhandelingen. Het gezamenlijk leveren van een gedeputeerde met GroenLinks of de SP bleek niet op steun van andere partijen te kunnen rekenen. Er kwam een college VVD-CDA-D66-SP. Voor het eerst in de geschiedenis van Flevoland kwam de PvdA terecht in de oppositie.

Fractievoorzitter Peter Pels blikt terug op de eerste 100 dagen.

Wennen en omschakelen

Oppositie voeren is wennen en omschakelen. Het is natuurlijk een teleurstelling als het harde werk van onze statenfractie en gedeputeerde in de afgelopen jaren en – niet te vergeten – het werk van al die vrijwilligers in de campagne niet wordt beloond. Inmiddels heeft het gewest een evaluatiebijeenkomst op de campagne en de uitslag gehouden. Als partij moeten we daar zeker mee aan de slag. Als fractie kun je niet anders dan de draad de volgende dag weer oppakken. Ook dat hoort bij politiek en sociaal-democratie. Met Nora en Willem hebben we een kleine, maar inhoudelijk sterke en bovendien zeer ervaren fractie. Het is buffelen om zichtbaar te zijn met 3 statenleden. We hebben onze rol vol energie opgepakt.

Het politieke landschap

Het politieke landschap ziet er na de verkiezingen heel anders uit. VVD en CDA hebben elkaar stevig vastgehouden en vormen de romp van het nieuwe college. Maar het is een smalle basis. De coalitie heeft een meerderheid van welgeteld 1 zetel. Met D66 en SP zitten er 2 nieuwe partijen in het college. En voor hen is het wennen om coalitiepartij te zijn. Met onervaren gedeputeerden en veel nieuwe mensen in de fractie. Bovendien zit er een stevige oppositie die vanaf het begin af aan goed samenwerkt. De coalitie heeft een akkoord op hoofdlijnen gesloten en zegt te willen samenwerken met de staten. Er liggen dus kansen om iets binnen te halen.

Innovatief en ondernemend

In mei presenteerde het nieuwe college haar programma met de titel “innovatief en ondernemend”. Het debat begon met een discussie met de formateur. Alle oppositiepartijen hadden namelijk hun inbreng mogen leveren op het akkoord. Op de vraag op welke punten dat tot wijziging had geleid bleef het lang stil. De titel is veelbelovend, maar veel blijft bij hetzelfde. Het lijkt erop dat nieuwkomers D66 en SP niet veel hebben binnengesleept bij de onderhandelingen, wat je ook terugziet in de zeer onevenwichtige portefeuilleverdeling. Zo wordt er geen extra geld uitgetrokken voor natuur, duurzame energie of de verbetering van het openbaar vervoer. Er wordt wel veel geïnvesteerd in asfalt. De opcenten van de wegenbelasting worden met 1% geïndexeerd. De PvdA heeft voorgesteld voor het openbaar vervoer dezelfde tariefstijging te hanteren.

Sociale agenda

Waar de SP de PvdA 4 jaar bestookte over ‘de afbraak van de sociale agenda’, wordt er voor samenleving geen extra geld uitgetrokken. Er wordt niet verder bezuinigd op het sociale domein. Dat is wel een hele magere invulling. Er staat bijvoorbeeld niets genoemd over de opvang van de gevolgen van de decentralisaties. En dit terwijl de financiële positie van de provincie – in tegenstelling tot 4 jaar geleden – rianter is dan ooit. Voor iedere euro die wordt uitgegeven liggen er 4 op de plank.

Geen nieuw beleid

Desondanks heeft de coalitie zichzelf zeer strikte regels voor nieuw beleid opgelegd. Er komt alleen maar nieuw beleid als dat ‘onontkoombaar, onvoorzienbaar, onuitstelbaar en onoplosbaar’ is. Dit is nogal in strijd met het adagium dat het een hoofdlijnenakkoord is en er ruimte moet zijn voor initiatieven vanuit de staten. De PvdA maakt zich zorgen over het ruimtelijk beleid. De coalitie staat blijkbaar open voor experimenten daarmee. We vrezen voor de gevolgen voor de ecologische hoofdstructuur. De coalitie lijkt de intensieve veehouderij de ruimte te willen geven, iets waar de PvdA fel tegen is.

Lichtpuntjes

Maar er zitten ook lichtpuntjes in het akkoord. Er komt extra geld voor de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt. En er wordt extra geïnvesteerd in werk, al zijn de plannen daarvoor slecht onderbouwd. Er ligt een duidelijke uitspraak dat de provincie niet meewerkt aan de proefboringen naar schaliegas. Op de grote projecten (schaalsprong Almere, luchthaven, Flevokust) wordt de lijn voortgezet. Er wordt (weliswaar mondjesmaat) geld uitgetrokken voor gebiedspromotie en cultuur. Dat heeft onze steun.

Constructieve oppositie

Als PvdA zijn we blij met de voortzetting van beleid op een aantal punten. We hebben ook zorgen. We herkennen in het akkoord vooral de financiële en liberale uitgangspunten van VVD en D66, waarbij bij ieder onderwerp wordt gezegd: ‘het is geen kerntaak van de provincie’. We hadden van de SP (en wellicht ook het CDA en D66) meer ambitie verwacht op sociaal domein, openbaar vervoer, natuur en duurzaamheid. We zullen met name de SP daar kritisch op aanspreken! Als PvdA gaan we er positief kritisch in: zaken die in ons verkiezingsprogramma staan en die we kunnen realiseren zullen we ondersteunen. Waar de koers afwijkt doen we dat niet. En waar wij denken dat het beter kan zullen we daar constructieve voorstellen voor doen. De afgelopen vergaderingen hebben bewezen dat er zeker resultaat te boeken is.